omroep flevoland

Energieleverancier Vattenfall ziet definitief af van het plan om een biomassacentrale voor warmte te bouwen in Diemen. De centrale moest ook warmte leveren aan Almere.

In plaats daarvan kijkt het bedrijf of het huizen duurzaam kan verwarmen met onder andere geothermie en restwarmte. Dat staat in een samenwerkingsovereenkomst van Vattenfall met meerdere gemeentes en de provincies Noord-Holland en Flevoland.

Biomassacentrales krijgen vaak kritiek van milieuorganisaties. Onder andere hout is één van de biogrondstoffen voor verbranding in de centrales. Dat levert luchtvervuiling op en kan bijdragen aan ontbossing, zo luiden de klachten.

Vattenfall had plannen om in Diemen een grote biomassacentrale te bouwen waarin houtpellets zouden worden gebruikt. Maar de Raad van State oordeelde vorig jaar dat de provincie Noord-Holland daar te gemakkelijk toestemming voor had gegeven.

Actieve steun
Restwarmte is de warmte die bijvoorbeeld bij afvalverbrandingsinstallaties of in de industrie vrijkomt. Via warmtenetten voert die naar woningen die ermee worden verwarmd. Geothermie staat voor aardwarmte, die wordt gewonnen door honderden meters onder de grond warm water op te pompen.

Vattenfall richt zich ook op het gebruik van grote elektrische boilers en het ombouwen van een centrale in Diemen voor het gebruik van waterstof.

De energieleverancier zegt actieve steun te hebben gekregen van de gemeentes en provincies voor de ontwikkeling van duurzame warmtebronnen. Tegelijkertijd zegt het bedrijf dat er nog belangrijke uitdagingen zijn om de alternatieven voor verwarming op gas betaalbaar te houden voor leveranciers en klanten.

Met het warmtenet vanuit Diemen wordt warmte voor zo'n 140.000 woningen geleverd.

Almere positief
Eerder gaf de gemeente Almere al aan tegenstander te zijn van de komst van de centrale. De Almeerse wethouder Alexander Sprong is dan ook positief over de nieuwe ontwikkelingen.

Hij laat weten dat hij blij is met de mooie samenwerking tussen onder meer de gemeente Almere en Vattenfall. Hij noemt het een grote stap in de verduurzaming van de stad. Volgens de gemeente heeft het stoppen van het plan geen gevolgen voor bijvoorbeeld woningbouw.